Tanith Lee – Meester van de Dood

 4,25

Pocket

404 pagina’s

1 op voorraad

Beschrijving

Het tweede boek over de Heren van de Duisternis

In die dagen was de aarde geen bol en de demonen huisden in ijzeren paleizen in een reusachtige grot onder het oppervlak: de Onderaarde. Hier stroomde de Rivier van de Slaap, hier joegen de demonen op de zielen van de slapenden, hier stond hun luisterrijke metalen stad Druhim Vanashta. Terwijl in de verheven, ijle sferen van de Opperaarde, de koele en onverschillige goden neerzagen op het werk van hun handen. Zo was het in die dagen op aarde…

Oppermachtig in de Onderaarde was Azhrarn Prins der Demonen, een van de Heren der Duisternis, Heerser van de Nacht. Hij was het die gruwelen en gevaar bracht aan degenen die hij bezocht, hij was het die hartverscheurend gemene streken uithaalde maar ook wonderen kon verrichten, hij die ontuitsprekelijke ellende bezorgde aan al wie hem dwarsboomde. Een andere Heer van het Duister was Uhlume, de zwarte meester van de Dood. Zijn domein was de vreugdeloze Binnenaarde, waar een koud grijs licht heerste en zelfs de bomen van steen waren. Geen woonden hier dan Uhlume zelf en zijn weinige dienaren, de zielen van mensen die zich voor duizend jaar verkocht hadden aan hem in ruil voor een gunst die alleen hij kon verlenen.

Een van hen was Merh, de luipaardkoningin van het rijk Narasen. Opdat haar verwoeste land weer zou bloeien, schonk zij haar maagdelijkheid aan een dode jongen. Uit die verbintenis sproot een bizar kind dat, verstoten na de dood van zijn moeder, opgenomen werd door twee van de Eshva, de demonische onderdanen van Azhrahrn. Zij gaven het kind zijn eerste naam: Simmu.

En daarmee begint een tweede reeks gedreven, mythologische vertellingen vol heroïek en erotiek, een kroniek van het stormachtige leven van de noodlottige, iedereen betoverende jonge Simmu.

Extra informatie

Gewicht 0,31 kg
Afmetingen 17,5 × 11 × 3,6 cm